'Samenhang strafprocesrecht lijdt onder enorm aantal wetswijzigingen'
De samenhang en de kwaliteit van het strafprocesrecht lijdt onder het enorme aantal wetswijzigingen en -voorstellen de afgelopen tijd. Dit staat in het advies dat de NOvA heeft uitgebracht over de boeken 3 t/m 6 van het vernieuwde Wetboek van Strafvordering. In het advies doet de NOvA tevens voorstellen die meer evenwicht moeten bieden tussen het belang van opsporingsdiensten en de rechtsbescherming van burgers.
Samenhang
In de begeleidende brief bij het advies wordt gewezen op de enorme hoeveelheid adviesaanvragen op het terrein van het strafprocesrecht die de afgelopen tijd de revue zijn gepasseerd.
Naast de vele voorstellen in het kader van het moderniseringstraject, die voortdurend onderhevig zijn aan wijziging en/of aanvulling, werden tegelijkertijd ook voorstellen uit het regeerakkoord in consultatie gegeven. Daarbij ging het om ingrijpende voorstellen zoals een verschijningsplicht voor verdachten ter zitting of de wijziging van de VI-regeling. Toch was er vaak maar weinig tijd voor advisering. De minister wil deze voorstellen kennelijk snel en vooruitlopend op het nieuwe wetboek laten behandelen.
Dit alles komt de onderlinge samenhang en de kwaliteit van wetgeving en de advisering daarover niet ten goede, waarschuwt de NOvA. Net als de Raad voor de Rechtspraak vraagt de NOvA om de mogelijkheid van het geven van het geven van een ‘eindoordeel’ als alle voorstellen gereed zijn. Zo’n eindadvies zit nu niet in de planning maar zou er wel moeten komen.
Geen evenwicht tussen opsporingsbelang en rechtsbescherming
Inhoudelijk constateert de NOvA ‘dat belangrijke stappen zijn gezet om te komen tot een evenwichtig wetboek maar dat de balans tussen het opsporingsbelang enerzijds en een adequaat niveau van rechtsbescherming anderzijds helaas niet is bereikt.’ In het advies worden concrete suggesties gedaan dat te verbeteren.
Ook vermeldt het advies enkele positieve aspecten aan het nieuwe wetboek, zoals de mogelijkheid dat door politie of justitie gemaakte fouten in het strafproces kunnen worden gesanctioneerd.
Tekorten in de rechtsbijstand
Tot slot vraagt waarnemend deken Fibbe aandacht voor de financiële krapte in de praktijk van de strafrechtspleging, in het bijzonder in de gefinancierde rechtsbijstand waar inmiddels grote tekorten zijn ontstaan. “Tot op heden is er geen zicht op zelfs maar een begin van de investeringen die nodig zijn om deze ontwikkeling te keren.” De NOvA waarschuwt dat invoering van het nieuwe wetboek op deze manier onverantwoord is en wil daarover graag met het ministerie in gesprek.