Verhoorbijstand
Per 1 maart 2017 bestaat een wettelijk recht op bijstand van een advocaat tijdens het politieverhoor. In de praktijk bestond dit recht al sinds 1 maart 2016 op grond van een uitspraak van de Hoge Raad.
Twee knelpunten
In aanloop naar de invoering heeft de NOvA, samen met de specialisatieverenigingen NVSA en NVJSA, veelvuldig aandacht gevraagd voor twee belangrijke knelpunten bij de implementatie van het recht op verhoorbijstand. Daarbij ging het om de rol van de advocaat tijdens het verhoor en de gebrekkige financiering van dit nieuwe recht. Ook de Raad van State adviseerde om de bevoegdheden van de advocaat in het Besluit inrichting en orde politieverhoor te verduidelijken.
Rol advocaat
Hoewel de minister van Veiligheid en Justitie de regeling op onderdelen heeft aangepast, is de vastlegging van de rol van de advocaat nog altijd niet in lijn met de Europese richtlijn Access to a lawyer. Daar moet volgens NOvA alsnog verandering in komen.
Momenteel loopt er een evaluatieonderzoek door het WODC naar de toepassing van het recht op verhoorbijstand. Hierbij wordt ook gekeken naar de gemiddelde tijdsbesteding door advocaten. De eerste resultaten hiervan worden na de zomer van 2017 verwacht.
Financiering
Ook wat betreft de financiering van de verhoorbijstand voldoen de huidige regels niet. In april 2017 heeft de NOvA opnieuw een advies over dit onderwerp uitgebracht. Inzet van NOvA is de vergoeding in overeenstemming te brengen met de reële tijdbesteding van advocaten.
Daarnaast zal een systeem moeten worden ingevoerd waarbij de bijstand tijdens excessief lange verhoren financieel wordt gecompenseerd. Bij het ontbreken van een adequate financiering komt de effectiviteit van het recht op verhoorbijstand ernstig onder druk te staan. Die afbraak moet worden voorkomen.