Gevolgen van Brexit voor Britse advocaten in Nederland
Sinds 1 januari 2021 gelden naar aanleiding van Brexit nieuwe regels in de relatie tussen de Europese Unie (EU) en het Verenigd Koninkrijk (VK). Dit heeft gevolgen voor Britse advocaten in Nederland.
De Brexit-afspraken zijn opgenomen in het EU-VK akkoord. Het VK is voor de EU vanaf begin dit jaar een zogenoemd ‘derde land’. Dit houdt onder andere in dat Britten geen rechten meer kunnen ontlenen aan de EU-richtlijnen 2005/36/EG, 98/5/EG en 77/249/EE.
Britse advocaten zijn hiermee gelijkgesteld aan andere advocaten van buiten de EU, de EER of Zwitserland. Dit betekent dat zij in Nederland:
• mogen optreden onder de beroepstitel van de lidstaat van herkomst (home title) en in het recht van het land van herkomst of internationaal publiekrecht, maar niet mogen optreden in rechte;
• niet incidenteel mogen optreden onder de beroepstitel van de lidstaat van herkomst.
Advocaten uit het VK die vóór 1 januari 2021 als Nederlandse advocaat staan ingeschreven (op basis van EU-erkenning van beroepskwalificaties of na het voldoen aan de drie-jareneis), of een aanvraag hebben lopen tot erkenning, behouden hun status. Dit is geregeld in artikel 27-29 van het Withdrawal Agreement.
Daarnaast geldt dat personen die buiten de EU, de EER en Zwitserland een rechtenstudie hebben voltooid, altijd eerst een bachelor en master op het gebied van het recht aan een Nederlandse universiteit moeten behalen om in Nederland advocaat te kunnen worden. Soms zijn vrijstellingen mogelijk op grond van een diplomawaardering.
Lees ook
- Toetreding tot de balie met beroepskwalificatie (NOvA)
- Toetreding tot de balie met vooropleiding (NOvA)
- UK lawyers practising in the EU, EEA-EFTA and Switzerland (overheid VK)
- Tijdelijk toegang en verblijf tot Nederland voor zakelijke doeleinden (overheid NL)