7jul

Stichting derdengelden alleen verplicht bij gebruik ervan

De algemene raad van de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) overweegt de stichting derdengelden alleen te verplichten voor advocaten die er gebruik van maken. Dit is woensdag 29 juni besproken tijdens de vergadering van het college van afgevaardigden in Utrecht.

Nu moet iedere advocaat zich aansluiten bij een stichting derdengelden, ook als een advocaat nooit derdengelden ontvangt. Dat veel advocaten nooit met derdengelden in aanraking komen, bleek eerder uit een NOvA-enquête. Deze groep komt in aanmerking voor vrijstelling. Verder overlegt de AR met de lokale orden over een vangnetconstructie voor advocaten die toch onverwacht met derdengelden te maken krijgen.

Het voorstel van de AR bevat ook een vereenvoudiging van het systeem waarmee advocaten derdengelden kunnen verrekenen met openstaande declaraties. Nu moet de advocaat voor iedere betaling afzonderlijk toestemming vragen van de cliënt. De AR stelt voor dat een advocaat toestemming voor verrekening voortaan aan het begin van een zaak schriftelijk vastlegt. De cliënt kan de toestemming altijd intrekken.

De AR verwacht per 1 januari 2017 de Verordening op de advocatuur (Voda) en de Regeling op de advocatuur (Roda) op verschillende punten te wijzigen. Voor het wijzigen van de Voda dient de AR een voorstel in bij het college van afgevaardigden (1e lezing: 29 september / 2e lezing: 7 december).
De voorgestelde aanpassingen van de AR vormen een eerste belangrijke stap om het huidige derdengeldensysteem aan te passen aan de tijdgeest en de administratieve lasten voor advocaten te beperken. De huidige regeling stamt uit 1999 en is sindsdien slechts beperkt gewijzigd.

2016