Systematiek financiële bijdrage verandert: ‘sterkste schouders, zwaarste lasten’
Een meer gedifferentieerde en daardoor evenrediger verdeling van de jaarlijkse financiële bijdrage over de balie. Dat is de gedachte achter de aanpassing van de systematiek voor de financiële bijdrage van advocaten aan de NOvA. Vanaf 1 januari 2025 komen er meerdere inkomenscategorieën bij.
Vorig jaar heeft de algemene raad aan de toenmalige minister voor Rechtsbescherming aangegeven te streven naar een verdere differentiatie van de financiële bijdrage. Aanleiding was de – breed binnen de balie levende – zorg over de beheersbaarheid van de kosten van het toekomstige toezicht onder een nieuwe toezichthouder. Deze kosten zal de advocatuur zelf volledig moeten dragen, waardoor de financiële bijdrage naar verwachting mee zal stijgen.
Solidariteit binnen de balie
Hierop anticiperend heeft de algemene raad zijn voornemen omgezet in besluitvorming, met als uitgangspunt dat de sterkste schouders binnen de advocatuur de zwaarste lasten dienen te dragen. Tevens levert de gehele balie op basis van deze solidariteitsgedachte naar draagkracht een bijdrage aan de sociale advocatuur.
De voorgenomen inkomenscategorieën zijn:
Inkomenscategorie | Inkomensgrens |
1 | tot 3 jaar op het tableau |
2 | tot € 40.000 |
3 | vanaf € 40.000 tot € 100.000 |
4 | vanaf 100.000 tot € 200.000 |
5 | vanaf € 200.000 |
Vervolg
Naar aanleiding van de constructieve uitwisseling van gedachten vandaag met de leden van het college van afgevaardigden, zal de algemene raad binnenkort de inkomenscategorieën definitief vaststellen. Het college van afgevaardigden zal op 4 december 2024 op voorstel van de algemene raad besluiten welk inkomensbegrip daarbij gehanteerd zal worden. Tevens stelt het college van afgevaardigden dan de hoogte van de financiële bijdrage per inkomenscategorie vast. Via de communicatiekanalen van de NOvA wordt de balie daar over geïnformeerd.